Bekkenbodemproblemen  bij andere aandoeningen

Bekkenbodemproblemen bij andere aandoeningen

door: Liesbeth Westerik-Verschuuren, Heidi Moosdorff Steinhauser, Nienke de Vries-Farrouh

 

Bekkenbodemproblemen, problemen rond plassen en ontlasten, kunnen een gevolg zijn van andere aandoeningen. Soms ontstaan bekkenbodemproblemen als gevolg van de aandoening zelf, soms als gevolg van de medicijnen die gegeven worden bij deze aandoeningen.

 

COPD is een chronische longaandoening die gepaard gaat met veel longinfecties, slijmvorming en daardoor veel hoesten. Door dit vele, en vaak intense, hoesten stijgt de buikdruk (de druk die er in de buik heerst) en wordt de bekkenbodem zwaar belast. Na jaren gekampt te heb-ben met COPD is de bekkenbodem, door het vele hoesten, zo zwaar belast dat deze de plasbuis en de darm niet meer goed kan afsluiten. Het gevolg kan zijn dat er urineverlies of windjesverlies optreedt. Bij vrouwen die kinderen hebben gebaard of bij mannen die een prostaatoperatie hebben gehad, is er vaak al sprake van bekkenbodemproblemen en zullen deze door de COPD verergeren. COPD patiënten volgen vaak lichamelijke trainingen of revalidatie ter behoud of verbetering van hun conditie. Bekkenbodem training zou deel uit moeten maken van deze training.

 

Diabetes mellitus, suikerziekte, kan leiden tot zenuwbeschadigingen. Veel diabetes patiënten kampen hierdoor met gevoelsstoornissen in de armen en / of de benen. Deze zenuwbeschadigingen kunnen helaas ook optreden in de zenuwen van de blaas. Hierdoor hebben veel mensen met diabetes een overactieve blaas; een blaas die te vaak en te heftig aanspant wat leidt tot erge, vaak niet te onderdrukken, plasdrang en daardoor vaak urineverlies. Soms kan een bij diabetes veel gegeven medicijn leiden tot diarree en daardoor tot ontlastingsverlies. In dat geval dient de arts geraadpleegd te worden.

 

BekkenbodemproblemenNeurologische aandoeningen kunnen ook leiden tot bekkenbodemproblemen. Behalve een goed werkende blaas en darm, is ook een goed werkend zenuwstelsel nodig. In het ruggenmerg en in de hersenen worden plassen en ontlasten centraal geregeld. Door een aandoening van het ruggenmerg en / of van de hersenen kunnen er ook problemen met het controleren van plassen en ontlasten ontstaan. Iemand die getroffen is door een hersenbloeding of een herseninfarct (CVA), voelt wel de drang om te plassen maar kan deze drang niet meer uitstellen: de prikkel uit de blaas komt normaal aan in de hersenen maar omdat er delen van de hersenen beschadigd zijn, kan het plassen niet meer uitgesteld worden. Voor veel mensen is dit erg beschamend: wel voelen dat men moet plassen maar het niet kunnen tegenhouden.

 

Een dergelijk fenomeen zien we ook bij de ziekte van Parkinson en mogelijk bij multiple sclerose (MS). Ook bij deze aandoeningen kan de plasdrang toenemen en niet worden uitgesteld omdat de centrale regulering niet meer optimaal werkt. Bij de ziekte van Parkinson komt dit omdat het stofje dopamine onvoldoende wordt aangemaakt. Het gebruik van dopamine kan daarom een gunstig effect op het urineverlies hebben. Daarnaast ontstaat bij de ziekte van Parkinson vaak rigiditeit; de spieren kunnen minder adequaat aangestuurd worden. Dit kan ook in de bekkenbodemspieren gebeuren met gevolgen voor het plassen en ontlasten; een bekkenbodem die niet kan ontspannen leidt tot niet of moeizaam kunnen plassen bij drang of tot niet kunnen ontlasten bij drang. Omdat ook de darmcellen dopamine nodig hebben en trager gaan werken, kampen mensen met de ziekte van Parkinson vaak met ernstige obstipatie. Medische begeleiding is dan echt noodzakelijk.

 

MS kan optreden in het ruggenmerg en in de hersenen. Afhankelijk van de plaats waar de zenuwbeschadigingen optreden, zullen er ook plas- en ontlastingsproblemen ontstaan. Bij beschadigingen in de hersenen ontstaan dezelfde problemen als bij een CVA; plasdrang wordt wel waargenomen maar kan niet worden uitgesteld. Bij problemen in het ruggenmerg ontstaat vaak een verkrampte blaas en een verkrampte bekkenbodem waardoor het vaak erg moeilijk wordt urine te lozen. In veel gevallen moet dan gekatheteriseerd worden zodat de urine af kan lopen en de druk in de blaas, en daarmee in de nieren, niet te hoog wordt.

 

Neurologische aandoeningen leiden vaak tot lichamelijke beperkingen. Het zijn echter vaak de bekkenbodemproblemen die mensen nog meer beperken. Afhankelijk zijn van bijvoorbeeld een rolstoel is nooit prettig maar het geeft wel de mogelijkheid uit te gaan. Wanneer er echter sprake is van urineverlies, en nog sterker, ontlastingsverlies raken mensen pas echt in een isolement.

 

Sommige medicijnen hebben urineverlies of diarree als bijwerking. Indien bekkenbodemproblemen beginnen bij het starten met een nieuw medicijn, kan gekeken worden of er een gelijkwerkend medicijn is met minder invloed op het plassen en ontlasten. Dit moet altijd met de behandelend arts besproken worden.

 

Kampt u ook met een aandoening die gepaard gaat met bekkenbodemproblemen? Vraag dan uw fysiotherapeut bekkenbodemtraining op te nemen in uw trainingsprogramma. Indien dit niet mogelijk is, raadpleeg dan een bekkenfysiotherapeut of geriatriefysiotherapeut (www.defysiotherapeut.com).

Reacties

Wij horen graag van u
Nog geen reacties! Schrijf als eerste een reactie reageer op dit artikel!