

De Franse Jura heerlijk rustig
Door Arjan Mulder, redacteur Reishonger.nl
In de Franse Jura, aan de grens met Zwitserland, heeft de tijd even stil gestaan. In een lieflijk landschap van groene heuvels, stoere boerderijen en natuurliefhebbers stap ik even uit het hectische Hollandse leven. Even pas op de plaats.
De Jura is goed te bereiken met de trein. Binnen Europa voelt de trein ‘natuurlijker’ dan vliegen. Het landschap verandert langzaam, ik kan rondlopen en koffiedrinken in het barrijtuig, de medepassagiers zijn altijd relaxed en stations liggen altijd in het centrum. En bij aankomst in Besançon staat mijn huurauto al klaar op het station van de TGV.
Het eenvoudige leven
“Per dag snijden we ieder 3000 van deze houten banden voor het ambachtelijk verpakken van de plaatselijke Mont d’Or kaas,” vertelt Patrick Salvi. Hij is één van de laatste ‘sangliers’ ofwel de ambachtslieden die al eeuwen 365 dagen per jaar in de bossen van de Jura dit belangrijke werk doen. Uit het juiste hout gesneden, zeg maar. “Weer of geen weer, we zijn altijd buiten. Mijn vrouw verwerkt de houten banden en maakt ze precies op maat.”
Ik hou van mensen die eenvoudig leven. Van mensen die één zijn met de natuur. En van de simpele gewoontes die daarbij horen. En zeker van de mensen die daar bewust voor kiezen. In dat opzicht heeft de Jura kennelijk veel te bieden: ik ontmoet alleen maar blije mensen. De mensen die ik tref, wonen afgelegen en dat is een bewuste keuze. Het Jura-gebergte ligt langs de Zwitserse grens. In de tijd van de kerkhervormingen was het een toevluchtsoord voor juweliers uit Zwitserland. En nog lang daarna was het slijpen van diamanten dé activiteit voor de boeren die in de winter waren ingesneeuwd.
Afgelegen
Op de grens met Zwitserland ontmoet ik de volgende dag boerin Marianne. Ze woont daar in een primitieve boerderij en volstrekt geïsoleerd met haar koeien en haar honden. Ze wil geen contact meer met mensen, want die hebben haar al teveel teleurgesteld. In het dorp verderop hoor ik: “We houden haar om de beurt een beetje in de gaten. Ze heeft geen elektriciteit en geen telefoon en alleen regenwater. De koeien zijn niet van haar zelf, ze is herder – oppasser voor andere boeren.” Marianne heeft regen nodig, vertelt ze me schichtig: “Een koe drinkt 150 liter per dag.”
In de Jura houden mensen van de stilte en de natuur. “Ik woon hier al mijn hele leven en ik ben hier full-time in de natuur,” vertelt mijn gids als we de volgende dag met een elektrische step het bos in gaan. “Deze steps zijn eco-vriendelijk, stil en stoer, en zo robuust als een goede mountainbike.” Het wordt een heerlijke middag. De ballonbanden van de step gaan moeiteloos over het ruwe terrein, door de weilanden en tussen de koeien door. Op mijn rug heb ik een rugzak met de accu. Dus wel even oppassen bij het afstappen: dan moet de kabel los.
Toevlucht voor filosofen
De Jura ligt inderdaad vlak bij Zwitserland: vanaf de top van de Mont Ronde zie ik in de verte Genève en de Mont Blanc. Hier woonde de Franse filosoof Voltaire vanaf 1758 20 jaar lang en schreef er maar liefst 6000 filosofische brieven. Voltaire trok naar de Jura omdat het ver van Parijs lag en dicht bij de vrijhaven Zwitserland. Als rebelse jongeling had hij zich niet geliefd gemaakt aan het Franse hof en belandde zelfs in de kelders van de Bastille. In het kasteel dat Voltaire hier ver van Parijs liet bouwen, vonden literaire en filosofische ‘salons’ plaats met vooraanstaande intellectuelen uit het Europa van die tijd.
Stevig eten
Waar ik deze reis misschien wel het meest van geniet, zijn de eenvoudige maaltijden op de meest eenvoudige locaties. Zoals bij voormalig koeien-herder Norbert Bournez. Op een berg, 50 meter van Zwitserland, runt hij zijn primitieve restaurant in een stokoude boerderij. Elektriciteit en waterleiding zijn er niet, en het toilet is een ‘huisje’ buitenaf met een emmer zaagsel om e.e.a. af te dekken. De koeien lopen al ‘bellend’ rond, er scharrelen wat varkens en kippen, en af en toe balkt de ezel. Norbert maakt als lunch voor mij een pan stevige rösti, zelf gerookte worst en een salade. En als toetje twee stevige stukken taart, met daarop in drank gewelde vruchten.
De avond ervoor at ik de typische gesmolten Mont d’Or kaas, en die zit me nog behoorlijk in de weg. De kaas ging met het houten doosje en al op de houtkachel, en toen de kaas is gesmolten was werd ze over aardappels en over stukken brood geschept. Daarbij werd een stevige worst geserveerd. Een zware maaltijd dus! Maar ik kan de lunch van Norbert niet weerstaan! Dit vraagt om een actief middagprogramma.
Slapen in de natuur
“We hebben sinds kort in het bos een nieuwe gite,” vertelt mijn gastvrouw Christine van La Champagne die avond. “Daar ben je helemaal aangewezen op de natuur. Je krijgt een jerrycan water mee om je te wassen, in het toilet staat zaagsel om je ‘boodschap’ mee toe te dekken, en als het koud is en je wilt de kachel branden moet je eerst even de kap van de schoorsteen halen. Er staat een ladder naast.” Zo eenvoudig kun je in de Jura overnachten. De mogelijkheden om in een blokhut te slapen zijn legio. Maar ook meer comfortabele chalets in Zwitserse stijl zijn er volop.
Zo slaap ik een dag later bij Emanuel, die een afgelegen huis bestiert dat al generaties in de familie is. Emanuel werkt in Lausanne (dat is maar 45 minuten rijden) en de gite doet hij daar even bij. De huizen in de Jura houden het midden tussen de Franse en de Zwitserse stijl. En overal waar ik slaap ervaar ik de klassieke boerderij-achtige sfeer met veel oud hout en dito knusse geuren en geluiden. Wat een rust. Even pas op de plaats.
Meer info
• Verkeersbureau van de regio Bourgonge-France-Comte
• Verkeersbureau van het Jura gebergte