De Picos de Europa, bij de Pyreneeën rechtsaf
Aan de noordkust van Spanje vind je een van de prachtigste natuurparken die het land rijk is: de Picos de Europa. Een bergketen met besneeuwde bergtoppen van tot bijna 3000 meter hoog en doorsneden door diepe smalle kloven. Een eldorado voor natuurliefhebbers, wandelaars, fietsers en mountainbikers. En wil je persé naar het strand…? In een half uurtje rijd je van de Picos naar de kust.
Nederlandse nummerborden kom je weinig tegen in de Picos. Het is een gebied waar vooral Spanjaarden vakantie vieren; de hitte ontvlucht, genietend van de koelte aan de Costa Verde, de groene kust. Voor zover er Nederlanders heen gaan, vliegen ze vaak naar Bilbao en huren daar een auto, uiteraard met Spaans kenteken. Nederlandse kentekens zie je vooral op campers of auto’s met caravan. Daarmee manoeuvreren op de smalle bochtige wegen in de Picos vereist de nodige stuurmans/vrouwskunst. Een geliefde uitdaging bij amateurwielrenners is de klim naar de meren van Cavadonga, bekend van de Ronde van Spanje. Verder zijn er veel Nederlanders die een van de noordelijke routes lopen of fietsen van de Camino de Santiago. Maar het merendeel van de toeristen is Spaans.
De Costa Verde was al vanaf rond 1900 in trek bij de gegoede burgerij. Dat heeft gezellige badplaatsjes opgeleverd als Castro Urdiales, Comillas of, wat groter, Ribadesella. Drie van de tientallen leuke en veelal historische (bad)plaatsjes aan de Golf van Biskaje of op z’n Spaans: Mar Cantábrico. Langs de kust ligt een moderne autosnelweg – sommige trajecten met tol. Wil je wat meer zien van de omgeving, heb je tijd en schrik je niet terug voor bochtenwerk (en fietsers!) neem dan de N-wegen.
De vergezichten over de zee, de steile berghellingen langs de diepe kloven en de adembenemende uitzichten vanaf de bergen maken een verblijf onvergetelijk. Met de kabelbaan van Fuente Dé is het ook voor wie niet goed ter been is, gemakkelijk om bergtoppen te bereiken. Je moet er op tijd zijn en dan ook nog op je beurt wachten, maar eenmaal boven denk je daar niet meer aan. Wat een uitzicht! Wil en kun je wandelen en/of mountainbiken? De VVV heeft een gratis gidsje met uitstekend bepijlde routes, keurig ingedeeld naar moeilijkheidsgraad en hoogteverschil en het merendeel ook geschikt voor wat oudere benen. Ga je wandelen dan kun je veel plezier hebben van de app ‘Spain Topo Maps’, topografische kaarten die zelfs in de bergen laten zien waar je bent. Nog gemakkelijker: een aantal touroperators in Nederland organiseert wandel- en fietsvakanties in dit gebied. Maar die vereisen een goede conditie.
De Costa Verde is natuurlijk niet voor niets groen. Het regent er meer dan in andere delen van Spanje. Maar ook binnen is veel te beleven. Onder andere de grotten van Altamira, 30 km. ten westen van Santander, met (kopieën van) rotsschilderingen van onze voorouders van 15.000 jaar geleden. En overal vind je grotere en kleinere musea. Een goed beeld van de Picos krijg je in het Informatiecentrum in Tama aan de N-621. Het ligt op enkele kilometers van Potes, qua sfeer een beetje ‘het Valkenburg’ van de Picos, met gezellige toeristenterrassen en voor wie even zoekt ook restaurantjes met authentiek Spaanse sfeer en gerechten.
Er valt veel te vertellen over de Picos. Maar het beste verhaal vertel jij na jouw verblijf daar. Om te overnachten heb je volop keus uit campings, huisjes, appartementen, pensions, hotels… Voor meer informatie kun je terecht op internet. Begin maar bij het Spaans Verkeersbureau in Den Haag. www.spain.info/nl.
En de reis naar de Picos is in elk geval simpel. Gewoon, bij de Pyreneeën rechtsaf.
